Voor de organisatoren uit Namen stonden de laatste weken synoniem voor werk en stress : “De inschrijvingen kwamen immers niet vlot binnen” vertelt Etienne Lerson, voorzitter van AC van Namen. “Het gebeurde nooit eerder dat we een week voor de rally maar 50 inschrijvingen hadden. We zijn het gewend om de inschrijvingen van de toppers pas laat te ontvangen, maar deze keer kwam ook de toestroom van de kleinere teams traag op gang. Het was dan ook een opluchting voor het ganse team dat die situatie de laatste dagen nog drastisch veranderde zodat de teller uiteindelijk aandikte tot 89 met maar liefst 22 wagens uit de R5-klasse. Maar ondanks de enorme groep topwagens, ontbreken wel tal van vaste waarden op het appel. Een teken dat het voor de lokale amateurteams – die altijd de voedingsbodem van onze rally waren – steeds moeilijker wordt om het budget rond te krijgen.”
Het deelnemersveld is kwalitatief erg sterk want op uitzondering van Kris Princen zijn alle tenoren van het kampioenschap aanwezig in Namen. Te beginnen met Cédric Cherain. Na zijn vroege opgave in Tielt zal de rijder uit Fléron wraak willen nemen tijdens de wedstrijd die hij in 2015 al eens won. Zijn VW Polo GTi R5 is daarvoor momenteel trouwens een uitstekend wapen. Simpel zal het toch niet worden tegen de ruime groep met een Skoda Fabia. In die Tsjechische clan zijn er immers tal van kleppers zoals o.a. Adrian Fernémont, vorig jaar tweede, die nu zijn zegeambities alvast niet verbergt. Hetzelfde verhaal horen we bij Sébastien Bedoret. Na zijn podiumplaatsen in Haspengouw (derde) en Tielt (tweede) wil de vertegenwoordiger van de Belgische invoerder immers nog één positie beter doen om zo zijn BRC-palmares te openen. Laten we echter ook de winnaar van vorig jaar Vincent Verschueren (nu bijgestaan door Stéphane Prévot) niet vergeten. Of Ghislain de Mévius, die graag wil bewijzen dat hij meer kan dan de kaart van de regelmaat te spelen. Bastien Rouard, David Bonjean, Cédric De Cecco, Niels Reynvoet, Olivier Cartelle, Jourdan Serderidis en Alain Litt zullen zich echter ook willen overtreffen, terwijl we zeker ook de prestaties van Pieter-Jan-Michiel Cracco, die de Fabia zal ontdekken en Amaury Molle die in de eigen achtertuin zijn R5-debuut maakt, zullen volgen.
Naast Cherain, zijn er met Xavier Bouche, Patrick Snijers en Henri Schmelcher nog drie andere VW Polo GTI R5 van de partij. De belangen van Ford worden dan weer door Philip Cracco en Christophe Verstaen verdedigd, met Fiesta’s die evenwel te kort komen om helemaal vooraan mee te spelen. Kevin Demaerschalk de enige met een Citroën C3 R5 hoopt daar wel een rol te spelen en uitgaande van zijn knappe chrono’s in Tielt is dat zeker mogelijk. De Nederlander Martin Van Iersel zorgt met zijn Hyundai i20 R5 voor enige diversiteit. Terwijl er ook nog de come-back van de Skoda Fabia S2000 is dankzij Johan Van Den Dries, zoekt Olivier Collard nog verder naar het budget om net zoals vorig jaar (toen hij vierde werd) met een Skoda Fabia R5 aan te treden, anders wordt het zijn Mitsubishi Evo10.
In de GT-klasse, voor de amateurs van het betere glijwerk en een indrukwekkende “sound” vormt Porsche de grootste groep. De kopman daar is Pascal Gaban met zijn 3.6-versie, de winnaar van deze categorie in Spa. Hij neemt het op tegen Laurent Léonard die deze keer met het exemplaar van Francis Lejeune komt, Romain Delhez en debutant Laurent Vanton. Net zoals in het R5-peloton, komt de originaliteit in deze groep uit Nederland via de Nissan 350Z van Dieter Toprek, intussen één van de trouwe klanten in Jambes.
Naast de twee Koninginneklassen zal het publiek ook blij zijn met de terugkeer van 3 Ford Escort Millington, uitgerust met een sequentiële versnellingsbak en een motor die bijna 300 pk levert ! Twee daarvan zijn in handen van ex-winnaars Robert Droogmans en Hubert Deferm. Zij nemen het op tegen de Luxemburger Bob Kellen, die aan deze ex-kampioenen goede referenties zal hebben. Hoewel ze stilaan zeldzamer worden blijven de Mitsubishi’s schitterende machines en dat zullen Anthony Martin (Evo10) en tweevoudig kampioen van Luxemburg Yann Munhowen (Evo8) zeker willen bewijzen. Daarvoor zullen ze echter rekening moeten houden met de BMW E46 (ex-Lefevere) van Manu Bouts, vooral omdat die daarmee ook wil strijden tegen de Porsche’s 997 GT3. En daar is hij zeker toe in staat. De liefhebbers van « voortrekkers » tot slot zullen uitkijken naar de Fiat Punto S1600 van Stephan Hermann en de Opel Corsa M2000 van Hugues Smal.
Ook in de categorie R2 mogen we ons opmaken voor een leuk spektakel, zeker bij de jonge wolven van het Junior BRC. Hoewel – na zijn zware crash tijdens de TAC- de deelname van Grégoire Munster (Opel Adam R2) nog bevestigd moet worden, mag hij zich opmaken voor stevig weerwerk van Glenn Snaet, Tobias Brüls, Thibaud Mazuin, Gilles Pyck (allemaal met een Peugeot 208 R2) en Valentin Vertommen (Ford Fiesta R2T). Deze juniors zullen echter ook op hun hoede moeten zijn voor Jean-Louis Boesmans (Ford Fiesta R2T) en Guillaume Dilley (Peugeot 208 R2), die na enkele maanden afwezigheid zijn heroptreden maakt.
Verder zorgen een tiental historics voor de nodige nostalgie. De favorieten van het Belgisch kampioenschap daar zijn : Dirk Deveux (Ford Sierra Cosworth 4×4), Guino Kenis (BMW M3) en Gino Bux (Ford Escort MK1).
Vermelden we tot slot nog dat deze rally ook meetelt voor het kampioenschap van Luxemburg en dat de rally van Wallonië naar goede traditie op vrijdagavond (26 april) start met een dubbele super-show-proef op de Citadel van Namen. De wedstrijd gaat op zaterdag 27 en zondag 28 april verder op de proeven in de regio Namen.