Als zevenjarige mee in de verkenningswagen. Service doen. Met de 106 zwaar van de baan. Kampioen worden in de Ford Fiesta Trophy. We hebben het over Bert Coene, de man die in het rallywereldje sinds jaar en dag synoniem staat met de Mitsubishi EVO. Bert nam uitgebreid de tijd om ons te vertellen over zijn carrière tot nu toe, over zijn team, zijn dromen en tot slot ook zijn plannen voor 2018.

Je eerste kennismaking met de rallysport kwam er dankzij de rally van Ieper.

Dat gebeurde eigenlijk al op heel jonge leeftijd. Mijn ouders baatten toen een kruidenierswinkel uit, vlak voor de Zandstraat. Daar was de start gelegen van een proef van de toen nog 24 Uren van Ieper. De grote mannen passeerden er om te gaan verkennen. Dat gebeurde toen met verkenningswagens die niet veel verschilden van de wagens waar ze mee deelnamen.Als zevenjarige was ik dan ook trots dat ik mocht meerijden in de verkenningswagen van Jean-Claude Andruet.De interesse was gewekt en later heb ik dan 3 seizoenen service gedaan voor Frank Pauwelyn, waar Freddy Maveau copiloot van dienst was.

RallyTime animated
RT2

In 1999 rijd je dan je eerste rally… hoe is het zover gekomen?

Luc Windels maakte in die tijd zijn debuut als piloot, met Freddy Maveau als copiloot. Op een dag kwamen ze bij langs bij Petra met de vraag of er interesse was in een sponsorovereenkomst. De deal werd gesloten en in de overeenkomst werd opgenomen dat ik het jaar nadien een wedstrijd kon meerijden als copiloot. Toen heb ik voor de eerste keer de nota’s gelezen bij Luc, in de Rallysprint van Ettelgem en de Monteberg.

Natuurlijk was ik toen helemaal gebeten door de autosportmicrobe. Ik ben dan zelf op zoek gegaan naar sponsors want ik had zin om het stuur zelf in handen te nemen. Die zoektocht naar sponsors verliep eigenlijk vlot. Ik haalde het dubbele bijeen dan wat Luc voorzien had. In 1999 hebben we de rollen dan omgekeerd. Ik nam het stuur in handen en Luc las de nota’s voor mij.

Het begin van een reeds lange carrière. Hoe verliep deze in de beginjaren?

Onze eerste wedstrijd was de Rally van Staden. Omdat het resultaat zeker niet teleurstellend was, werd ook nog de TBR gereden. Tijdens de winterstop kreeg Luc jammer genoeg problemen met de rug. Hierdoor verloor hij toen de zin om nog te rijden. Ik heb toen beroep gedaan op Freddy Maveau om te fungeren als co. Freddy had de nodige bagage, ervaring en kende de knepen van het vak. Freddy reed toen samen met de betreurde Mathias Viaene,maar kwam op het einde van het seizoen vrij. Onze eerstvolgende wedstrijd was de Omloop van Vlaanderen. Deze verliep niet zo goed. We maakten we een zware sortie en onze 106 was meteen afgeschreven.

Het jaar nadien stapten we terug in de wagen, meer bepaald in een Citroën Saxo die we bij Rino Beernaert huurden. Met die Saxo hebben we 4 wedstrijden gereden. Op het einde van dat seizoen besloot Freddy om te stoppen.Ik moest op zoek naar een nieuwe copiloot die ik vond in Bjorn Derijckere en later Werner Thores. We klopten aan bij CLS, het team van Luc Schoenmakers, waar we de Opel Astra GSI huurden. Omdat ik toch wel onder de indruk was van de Saxo die we huurden bij Beernaert, werd later op dat jaar beslist om de Saxo te kopen.

Ik kwam toen ook in contact met Vincent Vermeeren, waarmee ik de Omloop van Vlaanderen zou rijden. Vincent bracht me in contact met G&V, die me na deze wedstrijd het vertrouwen schonken en nog steeds mijn hoofdsponsor zijn.

In 2006 werd de eerste Ford Fiesta Trophy gelanceerd. Jullie kochten een Fiesta en besloten om deel te nemen. Met succes trouwens. Het eerste seizoen werden jullie kampioen,het tweede jaar vice-kampioen.Hoe kijk je terug op die periode?

Die periode was super. Vooral het eerste seizoen. We leerden nieuwe rally’s, nieuwe parkoers kennen. De sfeer onder de deelnemers van de trophy zat goed. We waren een hechte groep vrienden. Die twee seizoenen reden we een volledig Belgisch kampioenschap.

Een ding heb ik toen ook geleerd: om in het Waalse landsgedeelte snel te zijn moet je ofwel veel verkennen, ofwel in de streek wonen want de proeven daar zijn heel typisch. Hieromtrent kan ik een anekdote vertellen die me bijblijft. We reden in een lange afdaling op een tweevaksweg tussen bomen. Op een gegeven moment zei ik tegen mijn co, er klopt iets niet aan de wagen want ik hoor een raar lawaai opkomen. En toen zag ik dat we ingehaald werden door een plaatselijke piloot in een snelle Suzuki Swift.

Toch mochten we ons in het eerste seizoen kampioen kronen en het jaar daarop werden we vice-kampioen.

Je hebt dus twee jaar een promotieformule afgewerkt. Denk je dat dit ideaal is voor een beginnende jongere?

Zolang alles eerlijk gebeurt, ja. Wanneer men de regels probeert te omzeilen is de fun voor de andere deelnemers er natuurlijk af. Wel moet ik zeggen dat de VAS en RACB goed bezig zijn met het controleren op inbreuken hierop. Vroeger vond ik de controles iets te laks.

Een van de ergernissen indertijd was bv het te vroeg binnenkomen in het startpark. Wanneer je te vroeg toekwam, werd dat niet bestraft. Enkel in het BK rally werd hier wel op gecontroleerd en kreeg je wel een tijdstraf opgelegd. Enerzijds was je het gewoon dat je te vroeg kon binnenkomen maar in het BK mocht je dat dan weer niet doen.

In 2008 maakte je de overstap naar Mitsubishi, meer bepaald naar de EVO VIII. Vanwaar deze keuze?

Het jaar voordien kreeg ik in de Hemicuda de kans om als 0-wagen te rijden met een EVO VI van Jet Car, het team van Johan Vankeer. Als piloot wil je vaak meer en beter. Vandaar dat ik toen dat aanbod aangenomen heb. Hierdoor heb ik gekozen voor Mitsubishi.

Een jaar later werd de EVO VIII aangekocht. Achteraf gezien had ik wel spijt van deze aankoop want de wagen deed het niet naar behoren. Dat seizoen reden we acht wedstrijden waarvan we er slechts vijf aankwamen. Eigenlijk was de EVO VIII een springplank naar de EVO IX.

In 2018 blijf je het merk nog steeds trouw, je gaat verder met de EVOX?

Inderdaad, want tot op heden ben ik heel tevreden over de prestaties. Indertijd zat ik met twijfel tussen een Subaru of Mitsubishi. Het was mijn copiloot, Werner, die me toen overhaalde om voor Mitsubishi te kiezen. Eigenlijk was Werner anti-Subaru alleen voor het gemak van werken. Want veel wordt door mijn team zelf gedaan.

Natuurlijk krijg ik vaak de vraag: “Bert, heb je geen zin om met een R5 te rijden?”. Ik heb daar wel zin in maar budgettair gezien gaat me dit veel meer kosten. De running cost is sowieso hoger dan die van de EVO. Als je dan naar Kortrijk kijkt, waar ik een goeie wedstrijd reed en op bepaalde proeven top acht tijden draaide, tussen al dat R5 geweld, dan vraag ik me af of het die investering waard zou zijn.

Een ook kan ik het ergens niet maken tegenover mijn team. Die mannen zijn gedreven, leveren al die jaren knap werk. Om hen dan te zeggen: “sorry jongens,maar nu gebeurt het door iemand anders…”

Over je serviceteam gesproken,hoe hou je een groep enthousiaste vrijwilligers gemotiveerd om hun vrije uren hiervoor op te offeren?

“Vraag dat eens aan hen”, lacht Bert. Neen, we vormen een sterk en hecht team. Ik weet dat ik altijd op hen kan rekenen. Als bedanking doen we regelmatig aan teambuilding want dat houdt de groepsgeest fris. We hebben onder het team een ‘whatsapp’ groep,waardoor we in nauw contact staan met elkaar. Tussen de rally’s door wordt daar vaak heel wat op afgelachen.

De formule ken ik niet, maar het is een hechte groep. Voor hen voorzie ik dan ook graag de nodige teamwear, eten tijdens de rally en zorgen we ervoor dat de servicestand uitstraling heeft… Dat is toch het minste wat ik voor hen kan doen.

Mocht je over het nodige budget beschikken,met welke wagen zou je nog willen rijden?

Eerlijk? Iedereen droomt wel eens om met een dikke WRC te rijden, ook ik. Maar ik wil graag met veel eens rijden ook. WRC, Porsche, R5…

Ooit wil ik ook nog met Petra de Wallonië rijden in mijn BMW M3.We hebben samen al veel rally’s afgewerkt maar deze hebben we nog nooit samen gereden. Maar de M3 die blijft voorlopig nog even op stal.

In die 19 jaar dat je actief bent, is de rallysport veel veranderd?

Ja toch wel. Let op, het is en blijft nog altijd plezant, maar vroeger net iets meer. Als er vroeger problemen waren dan stond je klaar om elkaar te helpen. Nu durven ze je al eens sneller afschieten.

We veronderstellen dat al die jaren wel een paar hachelijke avonturen zullen opgebracht hebben. Als we jou een anekdote vragen, welke blijft jou het meeste bij?

Dat was in ons eerste jaar van de FiestaTrophy. We hadden de laatste proef van Rallye de Wallonië gereden. We reden toen naar het servicepark voor de laatste servicebeurt. De wagen werd opgekrikt en we kwamen ineens tot de vaststelling dat we nog niet ingeklokt hadden. Wat bleek, voor de ‘Service in’ moesten we toen een ander traject volgen. Werner, mijn copiloot toen, is toen te voet gaan inklokken. Gelukkig waren het de mannen van de TAC die de TK deden, zodat Werner dit voorval in het Nederlands kon uitleggen. Hadden zij er niet geweest dan waren we dat jaar geen kampioen geweest.

Welke raad zou je een jongere meegeven die zijn eerste stappen als piloot wil zetten?

Dat is gewoon met de voeten op grond blijven. Iedereen rijdt zich graag in de kijker, maar dat komt niet zomaar. Om te beginnen zou ik aanraden om een wagen te huren en een ervaren copiloot onder de arm te nemen, iemand die niet pusht. In het eerste jaar vooral kilometers maken, je eigen ritme rijden om ervaring op te doen, wennen aan de wagen. Dat is toch het belangrijkste vind ik.
Eens je dit gewoon bent kun je een stapje hoger.

Wat zou je nog willen verwezenlijken in de rallysport?

Ooit zou ik graag een WK rally rijden met Petra. Velen vragen zich soms af: “Ben je niet bang om samen met je vrouw in de wagen te stappen?”, maar daar antwoord ik steevast op:”Ik rij niet 101%, maar 98%”. Natuurlijk vraagt zo’n WK-rally veel tijd en voorbereiding en daarom is dit nog niet voor de eerste jaren weg gelegd.

En wat ik ooit hoop, is dat ik naast mijn zoon mag zitten als hij zijn debuut maakt…

Dus je hoopt stiekem dat Mats jou opvolgt?

Natuurlijk! Ik heb vroeger nog gezegd: “Als hij durft te zeggen dat hij wil voetballen, gaan we eens een deftig woordje praten”, lacht Bert. Maar ik ga nu ook kijken als hij een wedstrijd speelt.
Ach, ik ga hem niet pushen hierin. Hij moet zijn eigen keuzes maken. Maar ik merk wel dat het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Hij ging al veel mee kijken. En als het koud en slecht weer is en we vragen of hij niet liever naar mammie en pappie gaat, antwoordt hij steevast: “Nee papa, ik ga naar de rally…”

Tot slot, wat wordt je programma voor 2018?

We beginnen ons seizoen in Moorslede, waar we een goede vriend een plezier doen en die voor mij de nota’s zal lezen. Mijn vrouw Petra zal daar tevens dienst doen als 0 wagen samen met mijn schoonzus Vannessa.

Vervolgens rijden we de TAC Rally en daarna de Monteberg waar Andries Notebaert de nota’s zal lezen. Op vraag van zijn schoonvader die voor ons de catering verzorgt wordt dit mijn gelegenheidscopiloot.

Daarna gaan we richting ORC en Ieper. Staden zou ik ook graag op mijn programma zetten, aangezien deze dit jaar op 12 augustus valt, maar dat zal van onze verlofperiode afhangen.

Daarna doen we de nog de Omloop van Vlaanderen, de Hemicuda om vervolgens ons seizoen in Kortrijk af te sluiten.

Tot slot wil ik nog iedereen bedanken die het voor mij mogelijk maakt om rally te rijden.Dank aan onze sponsors, ons volledig team voor hun inzet, de trouwe supporters en de vele fotografen.

 

KAMV
VAS
BRC
East Belgian Rally - Enkel de overwinning telt voor Pierre-Manuel Brasseur
BRC
Razend spannende titelstrijd in de East Belgian Rally
BRC
Aftellen naar een spannende East Belgian Rally
BRC
Ardeca Ypres Rally: Lefebvre en Loix als uitdagers
BRC
Ardeca Ypres Rally - Loix, Casier en Verstappen zijn er klaar voor!
BRC
Niels Reynvoet wint Sezoensrally na spannende finale
BRC
Startvolgorde Sezoensrally
BRC
BRC Masters - Jos Verstappen gaat voor winst in Sezoensrally
BRC
Sezoensrally - Eddy Buntinx start thuisrally als leider in de 2WD Trophy
BRC
Vincent Verschueren kijkt uit naar Sezoensrally
X